Historische reis
Dag in dag uit reizen wij mensen over de aardbol: naar ons werk, naar onze familie en vrienden, naar verre oorden voor het plezier. Vroeger reisden mensen heel wat minder, het was immers duur, gevaarlijk en tijdrovend. Alleen een kleine groep gelukkigen kon te paard, te kameel, te ezel of te voet lange afstanden afleggen. Of over het water natuurlijk. Sommige reizigers uit de oudheid, de middeleeuwen of de vroegmoderne geschiedenis hielden een dagboek bij. In deze rubriek verplaatsen wij ons in deze historische reizigers. Welk avontuur beleefden zij? Deze keer: Ibn-Battuta op reis door de Sahara.In het jaar 1352 vertrok Ibn-Battuta vanuit zijn thuis in de Marokkaanse stad Tanger. De man had al jaren van verre reizen achter de rug, naar alle uithoeken van het Euraziatische continent. Ibn-Battuta is een van de meest bekende wereldreizigers uit de geschiedenis. Op 25 februari 1304 werd hij geboren in Tanger. Zijn rijke familie stelde hem in staat grote reizen te ondernemen.
Reizen was zijn grote droom. Voordat hij vertrok op zijn eerste tocht schreef Ibn-Battuta zichzelf twee regels voor: binnen de islamitische wereld blijven en geen enkele weg tweemaal berijden. Zijn allerlaatste grote reis liep dwars door de Sahara, op de rug van een kameel. In de hersft van 1351 vertrok Ibn-Battuta de Marokkaanse stad Fez, op weg naar Sijimasa. Hier bereidde de reiziger zich voor op de tocht door de woestijn. Sijimasa lag aan de rand van de Sahara.
Vier maanden lang stelde hij een karavaan samen met kamelen en al. Over Sijimasa schreef hij in zijn dagboek: “een prachtig stadje. Er zijn hier veel zoete dadels”. In februari 1352 was de karavaan gereed, Ibn-Batutta ging op weg. Het duurde een lange 25 dagen eer het opgedroogde zoutmeer van Taghaza werd bereikt. Taghaza was een commercieel centrum, te midden van handelsroutes in de woestijn. “De zwarten snijden het zout in stukjes en verhandelen het”, vertelt Ibn-Battuta. Hij was niet te spreken over de kwaliteit van het water, dat volgens hem bitter smaakte. Bovendien krioelde het er van de vliegen, klaagt hij.
Zoutvelden bij Taghaza. Nog steeds wordt er veel zout gewonnen en verhandeld. |
Ze doorkruisten vervolgens een groot deel van de Sahara, op weg naar het koninkrijk van Mali, de eindbestemming van de reis. Op de route naar de Malinese plaats Oualata stonden veel bomen langs de weg, waar Ibn-Battuta regelmatig met zijn karavaan kon uitrustten in de schaduw. Daar zag Ibn-Battuta dat “in sommige bomen bijen en honing zitten. Sommige mensen halen honing uit deze bomen.”
Ook kwam Ibn-Batutta fruitsoorten tegen die hij niet eerder had gezien; ze hingen aan de bomen. “Ze lijken op pruimen, appels, perziken en abrikozen, hoewel ze niet echt dezelfde zijn. Sommige bomen hebben fruit dat lijkt op komkommer.” Hij vertelt dat zodra dit komkommerachtige fruit rijp was, dit ontplofte en er als het ware zoiets als bloem uitkwam, waarmee de lokale bevolking kon koken en handelen.
Een Afrikaanse komkommer. Mogelijk lijkt deze op het soort fruit dat Ibn-Battuta tegen kwam. |
Op de route naar Oualata maakte de karavaan nog een stop bij het dorp Zaghari: “een groot plaatsje met zwart-getinte handelaren”, vertelt Ibn-Battuta. Na een flinke reis kwamen de reizigers eindelijk aan bij de grote rivier de Niger. Deze rivier zag Ibn-Battuta ten onrechte aan voor de Nijl. “Ik kwam hier een krokodil tegen, het leek op een kleine kano”, schrijft hij. Na de rivier bereikt te hebben, trok Ibn-Battuta richting het zuiden. Mali werd op 28 juni 1352 bereikt. Hij deed onder meer de Malinese plaats Timboektoe aan, toen nog een klein en onbelangrijk oord.
In Timboektoe ontmoette Ibn-Battuta de lokale handelaar Abu Bakr Ibn-Qaqub. Abu Bakr nam hem mee de omgeving in van Timboektoe. Bij een rivier stond Ibn-Battuta opeens stil vol verbazing. “Ik zag zestien beesten met enorme lichamen”, schrijft hij. Abu Bakr stelde hem gerust en vertelde hem dat het nijlpaarden waren. “Hun hoofden zagen eruit als paarden en hun benen als olifanten”, aldus Ibn-Battuta. In Mali reisde hij nog enkele maanden rond, en bezocht hij lokale notabelen. De sultan van Marokko wilde vervolgens dat Ibn-Battuta vlug weer terugkeerde, waarom is niet bekend. In 1354 bereikte hij zijn geboorteland weer. Ibn-Battuta sliep die nacht veilig weer in zijn eigen huis. Zijn laatste grote reis zat er op.
De Reis van Ibn-Battuta door de Sahara.Walata = Oualata. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten